De man uit Albanië
Magnus Montelius
Stockholm, 1990: Wanneer journalist Tobias Meijtens na een belangrijke afspraak terug naar de redactie rijdt, ziet hij politieauto’s en een ambulance langs de kant van de weg staan. Gedreven door een nieuwsgierigheid die zo kenmerkend is voor journalisten, besluit Tobias een kijkje te nemen. Er is iemand naar beneden gevallen. Is deze persoon soms met opzet over de rand van de heuvel gestapt? De inspecteur ter plaatse kent hij wel. Het is Tilas die niet erg mededeelzaam is.
Wanneer Tilas uit het zicht verdwijnt komt er een zwerver uit de struiken tevoorschijn. Hij mompelt iets onduidelijks over een schaduw en beweert twee mensen gezien te hebben. De valpartij zelf heeft hij niet gezien. Meijtens besluit hem zijn visitekaartje te geven voor het geval dat de naar zweet ruikende man toch nog meer informatie heeft.
Korte tijd later plaatst de krant een kritisch artikel over een gemeentesecretaris. De man pleegt na het verschijnen van het artikel zelfmoord. Meijtens is de journalist die het artikel geschreven heeft en wordt met onmiddellijke ingang gedegradeerd. Hij mag voortaan alleen nog maar schrijven voor een rubriek waarin het belangrijkste nieuws kort wordt samengevat.
De man die van de richel is gevallen is geïdentificeerd als Aron Bektashi, een politiek vluchteling uit Albanië. Hij was nog maar enkele dagen in Zweden. Meijtens snakt naar een verhaal waarmee hij zijn baas kan overtuigen hem weer serieus aan het werk te zetten. Hij wil niet langer voor de suffe rubriek schrijven. Het verhaal van Aron Bektashi boeit hem. Waarom is de Albanees helemaal naar Zweden gevlucht? Kende hij hier iemand? Opnieuw neemt zijn nieuwsgierigheid de overhand en hij besluit meer informatie over de man in te winnen. Hij benadert een oud klasgenoot die als forensisch patholoog werkt. Deze weet hem in het diepste geheim te vertellen dat het lichaam van de man sporen van jarenlange systematische mishandeling vertoonde. Er zijn nog een aantal opvallende bevindingen en Meijtens raakt meer en meer geïntrigeerd.
Wanneer Tilas hem een onverwachte mededeling doet, is het hek van de dam. De politieman deelt Meijtens mee dat er geen Aron Bektashi bestaat, nooit heeft bestaan zelfs. Ondertussen is de aandacht van collega Natalie Petrini ook gewekt en samen weten ze hun baas te overtuigen. Hij geeft hun toestemming om het onderwerp verder uit te diepen. Hun inspanningen vertalen zich uiteindelijk naar een opzienbarende ontdekking. Aron Bektashi was in werkelijkheid Erik Lindman, een Zweedse spion die vijfentwintig jaar geleden van de aardbodem verdween!
Volgens officiële rapporten was Erik Lindman een communist die, midden jaren zestig, door de Sovjet-Unie als spion is geworven. Een schande was het. Niemand heeft ooit meer wat van hem gehoord. Meijtens en Natalie bespeuren echter een aantal onregelmatigheden in deze verklaring en besluiten hun onderzoek uit te breiden. Ze zijn vastbesloten de waarheid omtrent de geschiedenis van Erik Lindman te achterhalen. Ze merken al snel dat hun speurwerk een aantal invloedrijke personen voor het hoofd stoot.
Ook Tilas wordt door zijn bazen tegengewerkt en net als de journalisten vindt hij het moeilijk om de zaak los te laten. De zwerver die op heuvel van het ongeluk rondzwierf is overleden door een tragisch ongeval. Maar wie rijdt er nu per ongeluk over een zwerver heen die ligt te slapen op een verlaten bouwterrein? Tilas vindt het maar vreemd. En waarom droeg de man het visitekaartje van Meijtens bij zich?
Dit boek speelt zich begin jaren negentig af. De Koude oorlog is voorbij maar nog lang niet vergeten. Mensen die als spion werden beschouwd zijn, net als hun familie, voorgoed gebrandmerkt. Het verhaal draait om een politieke beweging die in de jaren zestig actief was. Erik Lindman was een van hen. Heeft hij zijn land verraden of is hij zelf verraden? De waarheid is zorgvuldig toegedekt met leugens.
De man uit Albanië is een krachtig boek waarvan je nauwelijks kunt geloven dat het een debuut is. Magnus Montelius schrijft als een auteur die kan vertrouwen op een jarenlange schrijfervaring. Het verhaal is onwankelbaar met personages die ijzersterk zijn neergezet. Het plot laat zich niet meteen raden en is meesterlijk. Luchtig leest het niet, het is een spannende spionageroman die zoveel te overdenken geeft dat je er even de tijd voor moet nemen. Vlieg er niet doorheen maar laat alles rustig op je inwerken. Magnus Montelius weet uiterst smaakvol en boeiend een indrukwekkend verhaal te vertellen.
ISBN 9789056724627 | paperback | 256 pagina's | Signatuur | mei 2013
Vertaald door Geri de Boer
© Annemarie, 3 juni 2013
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER