De witte weduwe
Michael Kestemont
Anna Vleminck, docente klassieke talen, is net verhuisd. Ze is in een appartement in Molenbeek, Brussel getrokken, met de hulp van haar vriendinnen, maar krijgt nauwelijks de tijd om haar woning in te richten. Ze moet meteen aan het werk op de universiteit in Brussel, waar ze les geeft.
Ze vindt een vreemd voorwerp in haar postvakje: een origamifiguurtje. Een zwaan, gevouwen van een krantenartikel. Als ze dat leest, legt ze verband met haar eigen boek dat net verschenen is. In het artikel wordt beschreven hoe er in het diamantmuseum in Antwerpen een inbraak heeft plaatsgevonden, zonder dat er iets meegenomen is. De vitrine die opengemaakt is bevat een zwaantje, een origamizwaantje met een Latijnse tekst erop.
Ze verdenkt haar vriendin, maar die ontkent: zij weet van niets. Vreemd…
In Kortrijk werd een jaar eerder een kleine uitgever benaderd door een oudere man die zijn boek wilde uitgeven. Eliza Vanginderdeuren verbaast zich over de eisen die hij stelt, maar is ook geïntrigeerd door zijn boek over meesterkrakers. Ze gaat met hem in zee. Maar waar begint ze aan?
Terug in de tijd, 1866: deze hoofdstukken zijn gebaseerd op de geschiedenis.
Keizerin Charlotte (dochter van Leopold I van België en dus prinses van België, prinses van Saksen-Coburg en Gotha, hertogin van Saksen, aartshertogin van Oostenrijk en keizerin van Mexico) is met haar gevolg uit Mexico vertrokken en bivakkeert nu in Rome. Haar hofdame heeft haar handen vol aan haar meesteres, Charlotte doet vreemd. Ze denkt dat iemand haar wil vergiftigen en ze weigert ook maar iets te eten. Een audiëntie bij de paus heeft als gevolg dat ze haar intrek neemt in Vaticaanstad. Haar broer, Phillippe, graaf van Vlaanderen, wordt gewaarschuwd.
Als Charlotte later verhuist naar Bouchout, een landgoed in Vlaanderen (dat heden ten dagen nog bestaat), is het ook Philippe die de zorg voor haar op zich neemt. Charlotte lijdt aan waanvoorstellingen, maar ze is erg vasthoudend als het gaat om dat ene boek dat ze ooit voorlas aan Philippe en dat ze nu voor wil lezen aan Albert, haar neefje. Het is het boek over de ridder Perceval. Wat hebben deze dames met elkaar te maken?
Het verhaal ontrolt zich in hoofdstukken met een Latijnse term erboven. Dat wordt uitgelegd in het verhaal over de uitgeverij. Het hoofdverhaal is voor Anna, die toch wel nieuwsgierig is naar wat er nu precies gebeurd is in Antwerpen. Daar ontmoet ze inspecteur Eleonora Châtellerault, werkzaam bij de afdeling kunstcriminaliteit bij de federale politie. Zij vindt Anna’s verhaal aanvankelijk maar eigenaardig, maar langzaam raakt ook zij in de ban van de vreemde gebeurtenissen. Ze komen de boeken van Anna en van de oudere man op de vreemdste plekken tegen. Wat gebeurt hier toch?
Een fantastisch boek! Je moet wel je aandacht bij het verhaal houden: er is een grote hoeveelheid personages, maar in tegenstelling tot het eerste boek van deze schrijver zijn er nu aanduidingen boven de hoofdstukken geplaatst, zodat je de verschillende verhaallijnen makkelijker uit elkaar te houden. Het ene antwoord roept weer tig nieuwe vragen op. Wat is een MacGuffin? Wie is Alberto Spaggiari? Hoe zat het ook weer met de Rechtvaardige Rechters? Zo worden nog veel meer personen en feiten genoemd. Een prikkelend leeservaring!
Als je eenmaal begonnen bent met lezen, wil je weten wat er aan de hand is!
Vooral de rol van de historische figuur Charlotte, en haar familie. Zij lijken het een en ander te verbergen...
Michael Kestemont weet absoluut zijn lezerspubliek te boeien. Al die geheimen en raadsels, heerlijk!
Het boek maakt ook dat je nieuwsgierig wordt naar het leven van Charlotte van België.
Michael Kestemont is professor aan de Universiteit Antwerpen waar hij digitale tekstanalyse doceert aan het departement letterkunde.
ISBN 9789401467872 | paperback | 356 pagina's | Uitgeverij Lannoo | augustus 2020
© Marjo, 5 oktober 2020
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
De zwarte koning
Michael Kestemont
Op zijn sterfbed vertelt Karel, graaf van Vlaanderen, aan zijn neef Boudewijn (koning van België) over een voorwerp dat hij verborgen heeft in zijn villa in Raversijde waar hij zijn laatste jaren van zijn leven gesleten heeft. Hij geeft Boudewijn een kistje waarin zich de documenten bevinden waarin alles beschreven staat.
‘Je moet me vertrouwen. Als dit geheim uitkomt, kan dit het einde van de monarchie betekenen. De ultieme schandvlek voor onze familie. Je vijanden zullen het gebruiken om het weinige wat rest van het koninklijk gezag omver te werpen.’
Verbijsterd neemt Boudewijn het kistje aan. Op dit voorval volgen werkzaamheden in de koninklijke crypte, waarover niets uit mag lekken.
Jaren later is Anna, docent klassieke talen toevallig getuige van een moordaanslag. Zij stoort de dader, die het slachtoffer blijkbaar nog iets had willen ontfutselen. Nu is Anna degene die een raadselachtige sigarenkoker van de stervende man in handen geduwd krijgt met de boodschap die naar Jef Janssens te brengen. En hij drukt haar op het hart: niets vertellen aan de politie.
Wat nu? Moet ze die man op gaan zoeken? Wat zit er dan in die sigarenkoker? Ze kan het niet laten: ze onderzoekt het ding en vindt een sleutel. Dankzij een tip van haar moeder ontdekt ze waar die sleutel van is, en gaat ze verder op onderzoek uit. Pas dan besluit Anna om Janssens op te zoeken, een gepensioneerde hoogleraar in de cultuurgeschiedenis. Intussen heeft ze gehoord dat de man die ze heeft zien sterven een politicus was, tevens hoogleraar ethiek. Ze heeft dan nog geen idee in wat voor wespennest ze zich begeeft. Er zullen meer slachtoffers vallen en ook zijzelf wordt gevolgd en bedreigd.
Om er achter te komen wat er precies aan de hand is leidt de schrijver ons terug in de tijd. Er is een geheimzinnige kunstschat, er is een politieke crisis ten tijde van het begin van de Tweede Wereldoorlog, met betrokkenheid van het Koningshuis en de toenmalige regering.
Er er zijn meerdere partijen die azen op hat geheimzinnige artefact, waartoe Anna nu toegang lijkt te hebben. Omdat zij nogal nieuwsgierig van aard is, neemt ze mensen in vertrouwen – hoewel haar dat afgeraden was – en gaat ze op zoek.
Het is het thrillerdebuut van een Antwerpse hoogleraar. Hij verweeft feiten en fictie in een spannend verhaal. Het is een nogal ingewikkeld verhaal, voor de Nederlandse lezer extra lastig omdat in onze geschiedenisboeken niets geleerd wordt over het Belgische koningshuis en kwesties daaromheen. Kennis daarvan zou verhelderend kunnen werken, een inleidend voorwoord zou op zijn plaats zijn geweest. Of misschien meer informatie op de website www.dezwartekoning.be
Buiten dat gaan de hoofdstukken met verschillende verhaallijnen zonder duidelijke overgang in elkaar over. Een tijdsaanduiding was handig geweest, nu zoekt de lezer- soms lang! – naar aanwijzingen over wanneer het precies speelt. Natuurlijk wordt dat gemakkelijker naarmate je verder in het boek komt. Dat je verder komt is zeker, het is een spannend en intrigerend verhaal, en je wilt absoluut weten waar dit allemaal naar toe gaat.
Ondanks deze kanttekeningen is De zwarte koning een prettig leesbare Vlaamse thriller.
Michael Kestemont is professor digitale tekstanalyse aan de Universiteit Antwerpen.
ISBN 9789401458689 | paperback | 288 pagina's | Uitgeverij Lannoo | juni 2019
© Marjo, 6 oktober 2019
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER