Blauwzuur
Arnaldur Indriðason
Reykjavik, 1941: Het fatale nekschot waarmee Felix Lunden in zijn eigen appartement is omgebracht, heeft een groot deel van zijn gezicht verwoest. De politiemensen die als eerste ter plaatse waren, zijn de schok nog altijd niet te boven. Flóvent stuurt iedereen, op de districtsarts na, weg. Pas wanneer de drukte om hem heen verdwenen is, kan hij de situatie goed in zich opnemen.
Hoewel Flóvent al een paar jaar bij de recherche in Reykjavik werkt, heeft hij weinig ervaring met moordzaken. Er worden simpelweg niet veel moorden in de rustige IJslandse hoofdstad gepleegd. Flóvent neemt het appartement goed in zich op. Overal zit bloed. De dode, die volgens Flóvent tussen de twintig en dertig jaar moet zijn geweest, draagt eenvoudige kleding. De manier waarop hij om het leven is gebracht, doet aan een executie denken. De bruutheid van de daad wordt benadrukt door het bloederige teken dat op Felixs voorhoofd is aangebracht. Wie doet zoiets? Wie tekent een bloederig hakenkruis op het voorhoofd van zijn slachtoffer?
De link met de oorlog die woedt, is snel gelegd. Het wapen waarmee het dodelijke schot is gelost, is van Amerikaanse makelij en het hakenkruis verwijst naar de Nazi’s die Europa bezetten. De vraag is echter wat Felix Lunden met de oorlog te maken heeft. Felix was een handelsreiziger die in heel IJsland zijn eenvoudige handelswaar aan de man probeerde te brengen. Volgens zijn buren was hij een rustige buurman en ging hij niet met de Amerikaanse en Engelse soldaten die het land overspoelen om.
De komst van de vele soldaten zorgt voor wrijving in het rustieke land. Zo pappen veel soldaten met IJslandse vrouwen aan, wat hen niet bepaald in dank wordt afgenomen. Wanneer een vrouw omgang met een soldaat heeft, wordt in de volksmond gezegd dat zij in “de Situatie” is beland. Volgens velen kan daar weinig goeds uit voortkomen. Een moord op een IJslander met een Amerikaans wapen, zal de gespannen situatie alleen maar verergeren. De militaire politie besluit daarom zelf ook iemand op de zaak te zetten. De keus valt op de in Canada opgegroeide Thorson. Hij heeft weliswaar geen enkele ervaring met moordzaken maar hij is van IJslandse afkomst en beheerst de taal vloeiend. Hij zal een brug tussen de IJslanders en het leger moeten vormen, met als voornaamste taak de gemoederen te sussen.
Het officieel identificeren van het slachtoffer is slechts een formaliteit. Toch zorgt de huurbazin, die het lichaam heeft gevonden, voor een verrassing wanneer zij in het mortuarium met de vermoorde man wordt geconfronteerd. Verbaasd vraagt ze of er een tweede moord is gepleegd. Waar is Felix? Flóvent wijst naar het lichaam op de tafel. Daar ligt hij immers. Gedecideerd schudt de huurbazin haar hoofd. Toen ze de man in het appartement van Felix zag liggen, was ze er automatisch van uitgegaan dat het om Felix zelf ging. De man die voor haar ligt, is Felix echter niet. Flóvent is verbijsterd. Wie is de dode dan en waar is Felix Lunden?
Opnieuw ben ik als een blok voor de ingetogen schrijfstijl van Indriðason gevallen. Prachtig sober, zonder tierelantijnen, beschrijft hij de situatie in IJsland zoals die aan het begin van de Tweede Wereldoorlog was. Door de gunstige ligging van het land was het in de Tweede Wereldoorlog een komen en gaan van Britse en Amerikaanse soldaten. Hun aanwezigheid verstoorde het leven van de IJslanders ingrijpend.
Flóvent en Thorson zijn twee prettige personages die hun uiterste best doen om de gebeurtenissen die tot de moord hebben geleid te doorgronden. Allereerst moet Felix Lunden opgespoord worden maar die houdt zich goed schuil. Waarom weigert zijn familie mee te werken? En hoe zit het met het slachtoffer zelf? Wie is deze man en waarom is hij in het appartement van Felix aan zijn einde gekomen? Het lijkt erop dat Felix een voortvluchtige moordenaar is maar Flóvent en Thorson weten dat de waarheid zich niet altijd zo eenvoudig laat vangen.
Blauwzuur is het tweede boek over Flóvent en Thorson. Voor de twee onderzoekers zelf vormt dit verhaal echter een eerste kennismaking. Het eerste boek over dit tweetal – Erfschuld – speelt zich namelijk drie jaar later, in 1944, af. Hun bescheiden karakters vormen een prachtige aanvulling op het goed gekozen onderwerp. IJsland was niet door de Duitsers maar door de geallieerden bezet. Hoewel er geen oorlog in het land woedde, was de sfeer in IJsland gespannen. Meerdere culturen moesten het noodgedwongen met elkaar zien te rooien. Indriðason heeft dit fragment van de IJslandse geschiedenis - met een uitmuntende eenvoud die alleen de allerbeste schrijvers beheersen - in een intrigerend moordmysterie verpakt.
ISBN 9789021402871| paperback | 282 pagina's | Uitgeverij Q | mei 2018
Vertaald door Adriaan Faber
© Annemarie, 19 mei 2017
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Onland
Arnaldur Indriðason
IJsland, 1979: De schoen verstoort de vredige rust van het prachtige lavameer. Het ontsiert het water dat geneeskrachtige eigenschappen voor mensen met huidziekten zou hebben. De dertigjarige vrouw die zich aan de schoen stoort, komt er regelmatig. Ze smeert zich in met modder, die haar jeukende huid kalmeert, en dobbert tevreden in het rustige meer. Vaak is ze alleen. Alleen met de natuur. Het is dan ook logisch dat ze de schoen uit het meer wil verwijderen. Het hoort er niet. De schoen geeft echter niet mee. Het zit ergens aan vast. Aan een voet, aan een been en aan een lichaam.
Volgens de lijkschouwer moet de man een flinke smak hebben gemaakt. Hij kan onmogelijk in het meertje om het leven zijn gekomen. Hij is van een grote hoogte op een vlak oppervlak terechtgekomen en heeft daarbij een groot aantal botten gebroken. Uit een verwonding onder zijn haar, blijkt dat hij een klap op zijn achterhoofd heeft gehad. Wie is de man en waar is hij gestorven? Zijn kleding vormt het enige aanknopingspunt. Ze zijn allemaal van Amerikaanse makelij. Zou hij op de nabijgelegen, Amerikaanse legerbasis hebben gewoond?
Erlendur Sveinsson en zijn collega Marion Briem onderzoeken het vreemde sterfgeval. Erlendur werkt nog maar kort voor Marion. Het speuren zit hem in het bloed, dat hij heeft hij als straatagent wel bewezen. De legerbasis vormt een gemeenschap op zich. De Amerikanen bemoeien zich niet met de IJslanders. De IJslanders laten de Amerikanen links liggen, hoewel sommigen op de legerbasis werkzaam zijn. Het onderzoek vordert dan ook moeizaam.
Dan meldt zich eindelijk iemand die meer duidelijkheid kan verschaffen. Hanna, een jonge vrouw, heeft al drie dagen niks van haar broer Kristvin gehoord. Normaliter is er dagelijks contact en Hanna heeft haar ongerustheid zo lang mogelijk onderdrukt. Midden in de nacht was het besef ineens tot haar doorgedrongen: de dode man die in het meer was aangetroffen, moest Kristvin wel zijn. Ze vertelt Erlender en Marion dat Kristvin op de Amerikaanse legerbasis werkte en altijd Amerikaanse kleding droeg. De foto die ze de politiemensen vervolgens overhandigt, spreekt boekdelen. Het onbekende slachtoffer heeft eindelijk een naam.
Erlendur beseft dat het onderzoek veel van zijn tijd zal opslokken. Toch besluit hij, in zijn eigen tijd, een tweede onderzoek op zich te nemen. Vijfentwintig jaar geleden is een jong meisje vermist geraakt. Dagbjört heette ze. Ze was een vrolijk en populair meisje. Op weg naar school verdween ze. Ondanks een grootschalige zoekactie is er nooit meer iets van haar vernomen.
Dagbjört had mogelijk een vriendje maar hij heeft zich nooit gemeld. Hij zou in de barakkenbuurt hebben gewoond. De barakken stamden nog uit de oorlog. Toen de militairen vertrokken namen zo’n drieduizend mensen hun intrek in de barakken. Ze waren niet voor bewoning bestemd maar de woningnood liet hen geen andere keus. IJslanders die het beter getroffen hadden, keken op hen neem. Noemen hen neerbuigend “Kampers” en beweerden dat ze stonken. Volgens de ouders van Dagbjört was het uitgesloten dat hun dochter een vriendje had. Laat staan dat hij in de barakkenbuurt zou hebben gewoond.
Vermissingen raken Erlendur diep. Hij identificeert zich met de achterblijvers. Hij begrijpt hun wanhoop maar is er nog niet aan toe te vertellen waarom dat zo is. Lezers die al meer boeken van Indriðason hebben gelezen, weten hoe het zit maar in dit boek, dat zich in het verleden afspeelt, wordt het niet uit de doeken gedaan. Wat ook opvallend is, is dat het geslacht van Marion nergens wordt genoemd. Wel wordt over de grote liefde in Marions leven gesproken. Wil de schrijver nog even in het midden laten hoe het precies zit? Ook het verhaal van Marion is bij de fans van Indriðason bekend. Onthullingen die pas later in de tijd plaatsvinden, worden in dit boek dus niet genoemd.
In zijn laatste boeken, duikt Indriðason in het verleden. Naar de tijd die door de Tweede Wereldoorlog of de Koude Oorlog gedomineerd werd. Door de (on)gunstige ligging werd het vredige IJsland eerst door Engelse en daarna door Amerikaanse soldaten overspoeld. De impact op het leven van de IJslanders was groter dan gewenst. Onland is sober en intens tegelijk. De schrijfstijl van Indriðason is uniek en zijn boeken staan stuk voor stuk garant voor een indrukwekkende leeservaring. Indriðason stelt nooit teleur en weet me altijd te raken.
ISBN 9789021401843 | paperback | 253 pagina's| Uitgeverij Q | mei 2016
Vertaald door Adriaan Faber
© Annemarie, 7 mei 2016
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Erfschuld
Arnaldur Indriðason
Het lichaam van de negentigjarige Stefán wordt aangetroffen na een bezorgd telefoontje van zijn eveneens bejaarde overbuurvrouw Birgitta. Birgitta had haar buurman en goede vriend al enkele dagen niet meer gezien en ze was ervan overtuigd dat er iets aan de hand was. Ze had gelijk. Stefán was gestorven en lag languit op zijn bed, alsof hij elk moment uit een middagdutje kon ontwaken. Een vredige dood.
Patholoog-anatoom Svanhildur komt echter tot een andere conclusie. Tot haar grote verbazing ontdekt ze pluisjes in de keel en luchtwegen van de dode. Ze zijn ingeademd toen de longen van de oude man naar zuurstof snakten. Zuurstof die niet langer met een diepe ademteug ingeademd kon worden. Stefán is gestikt. Iemand moet een kussen op zijn gezicht gedrukt hebben.
Wanneer Marta, rechercheur bij de politie van Reykjavik, haar oud-collega Konráð over het mysterieuze sterfgeval vertelt, is zijn interesse gewekt. Konráð is gepensioneerd maar Marta geeft hem toestemming de zaak te onderzoeken. Vol toewijding stort Konráð zich op een zaak die met de minuut interessanter lijkt te worden. In het huis van de overledene vindt hij een krantenknipsel over een moord die tijdens de Tweede Wereldoorlog plaatsvond. Waarom heeft Stefán het krantenknipsel al die jaren bewaard?
Tijdens de Tweede Wereldoorlog verbleven Engelse en later Amerikaanse soldaten op het mooie IJsland. Hun komst bleef niet onopgemerkt bij de IJslandse jongedames en velen van hen vielen voor de charmes van de knappe jongemannen in hun stoere uniformen. De oudere inwoners keken met lede ogen toe en noemden het gescharrel en alles wat daaruit voortkwam “De Situatie”. Veel meisjes belandden destijds in De Situatie. Gold dat soms ook voor het gewurgde meisje dat achter het Nationaal Theater in Reykjavik werd aangetroffen? Haar moord is nooit opgelost.
Konráð herinnert zich de zaak nog wel. Hij werd geboren in het jaar dat het meisje stierf maar jaren later raakte zijn vader zijdelings bij de zaak betrokken. Hoewel zijn vader niets met de moord op het meisje te maken had, schaamt Konráð zich nog altijd diep als hij aan de gebeurtenissen denkt waardoor zijn vader als oplichter de geschiedenisboeken inging. Is het toeval dat de dood van het meisje nu weer op zijn pad is gekomen? Wanneer Konráð ontdekt dat Stefán zijn laatste dagen sleet met het onderzoeken van de reeds lang verjaarde moord, valt zijn nieuwsgierigheid niet meer te beteugelen.
Regelmatig onderbreekt schrijver Arnaldur Indriðason het verhaal over Konrad om samen met de lezer terug te keren naar 1944. Hij beschrijft hoe het IJslandse meisje Ingiborg samen met haar Amerikaanse vriendje Frank op een lichaam stuit. Frank overtuigt zijn hevig geschrokken vriendinnetje om samen de benen te nemen waarna hij van het toneel verdwijnt. Lange tijd wordt Frank, die onvindbaar is, van de moord verdacht maar waarom zou hij Ingiborg meenemen naar een plek waar hij het lichaam van een andere vrouw heeft gedumpt? Toch is het vreemd dat hij het op een lopen zette om vervolgens in rook op te gaan.
Terwijl Konráð probeert te achterhalen wat Stefán tijdens de laatste dagen van zijn leven ontdekte, leest de lezer hoe het politieonderzoek in 1944 moeizaam vordert. De IJslandse politieman Flóvent en Thorson van de Amerikaanse militaire politie bundelen hun krachten en weten na enige tijd het vermoorde meisje te identificeren. Ze heette Rósamunda en ze was een ambitieus meisje dat voor een naaiatelier werkte. Niet lang voor haar dood is het meisje iets naars overkomen. Iets waardoor ze hevig van streek raakte. Heeft die gebeurtenis uiteindelijk tot haar dood geleid? Vreemd genoeg komt het verhaal van Rósamunda grotendeels overeen met dat van een meisje dat drie jaar eerder in het noorden van IJsland verdween.
Even miste ik Erlendur Sveinsson, een vast personage in de boeken van Arnaldur Indriðason. Hij en zijn trouwe collega’s komen in dit boek niet voor. De politiemannen die in Erfschuld hun opwachting maken, stellen gelukkig niet teleur. Omhuld door de heerlijk sobere, melancholieke maar ook vastberaden sfeer die zo kenmerkend is voor deze getalenteerde auteur, schets Indriðason een mooi en indringend portret van mensenlevens die elk een bescheiden invloed op het verloop van de geschiedenis hebben gehad. Het verhaal wordt mooi gedoseerd en in rake bewoordingen uit de doeken gedaan. Laat je niet misleiden door de ogenschijnlijke eenvoud van deze vertelling want deze politiethriller herbergt een diepgaand, indringend verhaal. De auteur weet een bijzondere geschiedenis op een kalme, intrigerende wijze te vertellen. Arnaldur Indriðason heeft me wederom van zijn schrijverstalent overtuigd. Hij blijft maar schitteren. Erfschuld is een pareltje.
ISBN 9789021457604 | paperback | 271 pagina's| Uitgeverij Q | mei 2015
Vertaald door Adriaan Faber
© Annemarie, 30 mei 2015
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Nachtstad
Arnaldur Indridason
In Nachtstad neemt Arnaldur Indriðason de lezer mee terug naar de allereerste doch officieuze moordzaak van zijn personage Erlendur Sveinsson. De jonge Erlendur werkt bij de assistentiesurveillance. In de nachtelijke uren rijdt hij met zijn collega’s door de donkere straten van Reykjavik. Erlendur grijpt in bij huiselijk geweld, maakt een einde aan vechtpartijen, verleent hulp bij verkeersongevallen en ontfermt zich over zwervers.
Wanneer spelende kinderen het lichaam van een zwerver vinden, herkent Erlendur het slachtoffer meteen. De man die is verdronken in het water bij de oude turfafgraving is Hannibal, een zwerver die regelmatig op zijn pad kwam. De dood van Hannibal wordt echter nauwelijks onderzocht. De collega’s van Erlendur doen de dood van Hannibal af als een triest sterfgeval door alcoholmisbruik. Niemand acht verder onderzoek nodig.
De dood van Hannibal grijpt Erlendur bijzonder aan. Hij merkt dat hij het niet kan verkroppen dat niemand de moeite wil nemen om de dood van de zwerver nader te onderzoeken. Erlendur is een bijzonder integer mens en hij kijkt voorbij de vodden van Hannibal. Hannibal was dan misschien een stinkende en vaak dronken zwerver, bovenal was hij een mens. Een mens als ieder ander. Een mens met gevoelens en een mens met een verleden. Ook iemand als Hannibal verdient een respectvolle behandeling.
Erlendur is nog maar een groentje maar hij besluit om de zaak van Hannibal op eigen houtje te gaan onderzoeken. In zijn vrije tijd praat hij met zwervers die Hannibal hebben gekend. Ook legt hij contact met de broer en zus van de zwerver. Hannibals broer ontsteekt in woede en weigert mee te werken. Later zal Erlendur ontdekken dat een noodlottig voorval uit het verleden de oorzaak is van de woede. Hannibals zus Rebekka staat Erlendur wél te woord. Ze heeft altijd met lede ogen toegezien hoe haar broer zichzelf in het ongeluk stortte. Ze stond machteloos toen Hannibal steeds verder afgleed.
Erlendur beseft dat het niet onwaarschijnlijk is dat Hannibal daadwerkelijk door eigen toedoen is verdronken. Toch durft hij moord niet uit te sluiten. Hannibal sliep altijd in een kelderhok maar kort voor zijn dood brak daar brand uit. De eigenaar van het pand ontzegde Hannibal daarna de toegang tot zijn slaapplek. Hannibal zou de brand zelf aangestoken hebben maar Erlendur ontdekt dat de man doodsbang voor vuur was. Hij stak nog geen kaarsje aan. Hannibal zelf beweerde dat iemand had geprobeerd hem in brand te steken. Als het verhaal van Hannibal klopt dan had hij een vijand. Is Hannibal toch vermoord of moeten de beweringen van een dronkenlap niet serieus genomen worden? En hoe is een sieraad tot toebehoorde aan een vermiste vrouw op de nieuwe slaapplek – bij de oude turfafgraving - van Hannibal beland?
In Nachtstad schetst Indriðason op meesterlijke wijze het portret van de zwerver Hannibal. Aanvankelijk domineert het beeld van een veelal dronken en onverzorgde man maar in de loop van het verhaal leert de lezer de werkelijke Hannibal kennen. Ook maakt de lezer kennis met de jonge Erlendur die aan het begin van zijn volwassen leven staat. Welke carrière ambieert hij en zal zijn relatie uitmonden in een serieuze verbintenis? Indriðason heeft een indrukwekkend oog voor het menselijke in ieder persoon en rekent af met iedere vorm van oppervlakkigheid. Ook onverschilligheid komt niet in zijn straatje voor. Deze prachtige denk- en schrijfwijze in combinatie met een goed uitgedacht politieverhaal en een stemmige beschrijving van het leven in IJsland, levert een thriller van grote klasse op.
In dit dertiende boek van de Erlendur-reeks domineert liefde voor de medemens. Met zijn unieke, sobere maar ook warme schrijfstijl schittert Arnaldur Indriðason nog altijd op eenzame hoogte. Met Nachtstad levert hij wederom een knap staaltje vakmanschap af.
ISBN 9789021454771| paperback | 256 pagina's | Uitgeverij Q| mei 2014
Vertaald door Adriaan Faber
© Annemarie, 14 mei 2014
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Schemerspel
Arnaldur Indridason
Schemerspel neemt de lezer mee terug naar de zomer van 1972. Het is druk in Reykjavik. Er zijn veel buitenlanders neergestreken in de IJslandse hoofdstad omdat hier het wereldkampioenschap schaken plaats zal gaan vinden. De Amerikaan Bobby Fischer en de Rus Boris Spassky strijden om de felbegeerde titel. De Koude Oorlog is in volle gang en de schaakwedstrijd is dan ook een ware strijd tussen de Sovjet-Unie en de Verenigde Staten. Beide grootmachten willen elkaar maar al te graag aftroeven.
De zeventienjarige Ragnar is niet in het schaken geïnteresseerd. Hij is een fervent bioscoopbezoeker en heeft in elke bioscoop een favoriete zitplaats. Ragnar heeft een hersenbeschadiging, hij is hierdoor wat kinderlijk en eigenaardig. Iedereen mag hem echter graag. Ragnar doet geen vlieg kwaad. En toch is Ragnar het moordslachtoffer in dit boek. Na afloop van een western verlaat Ragnar de bioscoopzaal niet. De portier komt polshoogte nemen en ontdekt dat de jongen dood in zijn stoel zit. Op de vloer ligt een grote plas bloed.
Marion Briem en haar collega Albert gaan polshoogte nemen bij de Havenbioscoop. De arts die al op de plaats delict aanwezig is, vertelt hun dat de jongen twee keer rechtstreeks in het hart is gestoken. Waarom wordt een jongen als Ragnar in een bioscoopzaal vermoord? Wie heeft er belang bij gehad om hem uit te schakelen? Marion en Albert proberen zo ruim mogelijk te denken maar vooralsnog is het een mysterie. Dan wordt ontdekt dat Ragnar de laatste tijd een bandrecorder meenam naar de bioscoop. Hij nam de films op band op. Heeft Ragnar soms per ongeluk iets opgenomen dat niet voor zijn oren bestemd was? Maar wat kan dat dan zijn geweest?
Het was niet druk in het zaaltje tijdens de vertoning van de western. Misschien heeft een andere bezoeker iets belangrijks gezien of misschien zelfs dat Ragnar door een van hen is vermoord. De politie laat een oproep uitgaan waarin de aanwezigen verzocht worden zich te melden. Helaas doet niet iedereen dat en de overige aanwezigen zullen aan de hand van getuigenverklaringen opgespoord moeten worden. Hier is ouderwets speurwerk voor nodig. Van wie is de fles rum die in de zaal is gevonden? En wie is de onbekende vrouw die door de meeste aanwezigen is opgemerkt?
Marion Briem is de leermeester van Erlendur Sveinsson, het meest bekende personage in de boeken van Indriðason. Tegenwoordig is ze met pensioen maar in 1972 was ze nog volop aan het werk. Haar levensverhaal wordt in dit boek op prachtige wijze verteld. Marion heeft het niet makkelijk gehad. Haar vader weigerde haar als zijn dochter te erkennen en haar moeder kwam om toen Marion twee was. Als kind kreeg Marion tuberculose, de ziekte tierde welig in IJsland. Een lieve familievriend zorgde ervoor dat ze opgenomen werd in een sanatorium. Eerst in IJsland, later in Denemarken.
Een klein meisje, een ziek klein meisje, helemaal alleen in een groot sanatorium en later ook nog in een vreemd land. Wat was Marion dapper. En wat moet ze eenzaam zijn geweest. Medicijnen tegen tuberculose waren er nog niet in die tijd en de behandelmethoden waren barbaars. Vaak werd er lucht in de borstkast geblazen om zo een long in te klappen. Op deze manier probeerde men de ziekte in te kapselen. Ook kwam het voor dat er ribben werden verwijderd. Tuberculose eiste veel levens maar de ingrijpende behandelingen hebben ook veel levens gered. De kinderen werden zeer liefdevol verzorgd. Marion sloot tijdens deze periode twee vriendschappen die nog altijd van grote betekenis voor haar zijn.
Het werk van Arnaldur Indriðason kent een kwaliteit die slechts weinigen kunnen evenaren. Hij schrijft smaakvol, intelligent en sober. De unieke sfeer in zijn boeken ademt een zekere melancholie uit. Ook dit verhaal is puur, menselijk en zonder opsmuk. Het lot van Ragnar, de geschiedenis van Marion en de schaakwedstrijd vormen een perfect contrast. Spanning, politiek én een inspirerend levensverhaal. Ik ben diep onder de indruk van dit boek. Vooral het verhaal van Marion is overweldigend. Schemerspel hoort zonder twijfel bij het beste werk van Indriðason.
ISBN 9789021446592 | paperback |280 pagina's| Uitgeverij Q | mei 2013
Vertaald door Adriaan Faber
© Annemarie, 18 mei 2013
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Verdwijnpunt
Arnaldur Indridason
Wie al eens een boek – of meerdere boeken - van Indriðason heeft gelezen is bekend met inspecteur Erlendur Sveinsson uit Reykjavík. Voor wie de beste man nog niet kent wordt het de hoogste tijd om kennis met hem te maken, hij zal een gewaardeerde vriend worden. Meestal wordt hij bijstaan door zijn assistent Sigurður Óli en zijn collega Elínborg maar dit maal is hij op zichzelf aangewezen. Erlendur is namelijk teruggekeerd naar zijn geboortegrond. Dat doet hij wel vaker. Hij slaapt dan in het leegstaande pand dat eens zijn ouderlijke huis was. Eenzaam en omringt door spoken uit zijn verleden.
Samen met zijn vader en broertje werd Erlendur toen hij nog een jongetje was overvallen door een sneeuwstorm op de hoogvlakte. De tienjarige Erlendur en zijn twee jaar jongere broertje waren vader uit het oog verloren. Ze hielden elkaar stevig vast maar door de kou werden hun handen gevoelloos. Wanneer ze elkaar precies los hebben gelaten weet Erlendur niet maar ineens was hij zijn broertje kwijt. En zijn broertje bleef zoek. Hij is nooit meer gevonden. Erlendur hoopt hem nog altijd te vinden en hem bij zijn inmiddels overleden ouders te kunnen begraven.
Tijdens zijn verblijf in de Oostfjorden hoort hij over een andere verdwijning. Heel wat jaren geleden woedde er ook een hevige storm. Veel mensen weten dit nog omdat er een groep Engelse soldaten in nood raakte. Sommigen stierven maar ieder van hen, dood of levend, werd gevonden. Wie niet gevonden werd was een lokale vrouw. Ze heette Matthildur. Ze bevond zich net zoals de Britse militairen op de hoogvlakte tijdens de storm. Haar man Jakob raakte ongerust toen hij besefte dat ze wellicht in de problemen geraakt was. Hij heeft nog tijden gezocht maar ze is nooit gevonden.
Erlendur raakt hevig gefascineerd door de nooit opgehelderde verdwijning van Matthildur. Hij start op eigen houtje een officieus onderzoek. De mensen die Matthildur en haar man Jakob - die een aantal jaar later tijdens een storm op zee omkwam - nog gekend hebben zijn inmiddels al hoogbejaard. Ze stellen zijn gegraaf en geneuzel veelal niet erg op prijs en Erlendur moet dan ook al zijn overtuigingskracht aanwenden om brokjes waardevolle informatie te verzamelen. Hij ontrafelt de waarheid en deze is hartverscheurend. Tegelijkertijd raakt hij overmand door de herinneringen aan het verleden. Door gesprekken met de plaatselijke jagers begint hij te vermoeden wat er met het lichaam van zijn broertje kan zijn gebeurd.
Met Verdwijnpunt bewijst Indriðason wederom dat hij tot de besten behoort. Het is niet voor niets dat hij al twee keer de Martin Beck Award heeft gewonnen. Zijn boeken behoren tot mijn persoonlijke favorieten. Deze IJslandse auteur heeft een prachtige schrijfstijl en weet elk boek weer ijzersterk neer te zetten. Zijn sobere manier van schrijven is zijn kracht. Zijn verhalen hebben geen opsmuk nodig en zijn zinnen hoeven niet verfraaid te worden om indringend te zijn. Ook Verdwijnpunt is een enorm goed boek. Een absolute aanrader.
ISBN 9789021441962 | Paperback | 272 pagina’s| Uitgeverij Q | mei 2012
Vertaald door Adriaan Faber
© Annemarie, 9 mei 2012
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER
Grafteken
Arnaldur Indridason
De IJslandse auteur Arnaldur Indridason is geen onbekende naam meer in de thrillerwereld. Zijn boeken zijn in verschillende talen vertaald en worden in 26 landen uitgegeven. Naast de reeks met Erlendur, Sigurdur Óli en Elínborg heeft hij drie romans geschreven, waarvan er tot nu toe slechts één in het Nederlands is verschenen: Het Koningsboek (2008).
Grafteken is het tweede boek in de serie met Erlendur en komt chronologisch na het debuut Maandagskinderen, en vóór Noorderveen, Moordkuil, Engelenstem, Koudegolf en Winternacht maar is nu pas voor het eerst in het Nederlands verschenen. Dat geeft aan de ene kant het gevoel dat je kriskras door de geschiedenis gaat – de lezer van eerder vertaalde boeken weet immers al meer over de toekomst van Erlendur – maar aan de andere kant maakt het voor het leesplezier niets uit: een nieuwe Indridason is voor de ware fan altijd een reden om gauw naar de winkel te lopen en zich het boek aan te schaffen.
In Grafteken voldoet de auteur aan de hooggespannen verwachtingen. Op het graf van IJslands grootste vrijheidsstrijder wordt het lijk van Brita gevonden, een jonge, aan drugs verslaafde en aan aids lijdende prostituée. De sporen leiden Erlendur en Sigurdur Óli naar de westkust van IJsland, waar ze de grote sociale gevolgen zien van de Europese politiek van vangstquota voor vissers. Dorpen lopen leeg, de mensen trekken weg naar Reykjavik. Daar worden hele wijken uit de grond gestampt om de toevloed van werkzoekenden op te kunnen vangen. Dan ontdekt Erlendur dat er een verband bestaat tussen de opkopers van de quota, de aannemers in Reykjavik en de vermoorde Brita.
Indridason weeft graag maatschappelijke problemen in zijn thrillers. Zijn vroeger werk als journalist komt daarbij om de hoek kijken. Zelf geeft hij in een interview aan dat hij in wezen als auteur gewoon journalist is gebleven. Hij becommentarieert en geeft een richting aan voor gedachtevorming. Hij wil de lezer iets meer geven dan oppervlakkig amusement. En daar slaagt hij naar mijn mening uitstekend in. Net als zijn andere boeken is Grafteken een juweeltje onder de thrillers: een goed misdaadverhaal met een aantal dubbele bodems die en passant aan de lezer worden gepresenteerd.
Met Grafteken zijn alle boeken rond Erlendur en zijn team nu naar het Nederlands vertaald. De auteur werkt momenteel aan een vierluik waarvan dit jaar al 2 boeken zijn uitgegeven: Onderstroom en Doodskap. Het derde deel, Verdwijnpunt, verschijnt in 2012 en over het laatste deel is nog niets bekend. In Onderstroom en Doodskap is Erlendur op vakantie en spelen respectievelijk zijn medespeurders Elínborg en Sigurdur Óli de hoofdrol. Voor de verdere ontwikkelingen moeten we nog even wachten tot volgend jaar!. Maar één ding is zeker: op zeker moment zal Erlendur weer opduiken, want de auteur is nog lang niet klaar met hem, zoals hij tijdens de presentatie van Onderstroom heeft aangegeven. Voor de fans iets om naar uit te kijken.
ISBN 9789021441368 Paperback 256 pagina's | Em. Querido's Uitgeverij | oktober 2011
Vertaald door Adriaan Faber
© Joanazinha, 29 oktober 2011
Lees de reacties op het forum wn of reageer, klik HIER
Koudegolf
Arnaldur Indridason
Er wordt een lijk met ingeslagen hoofd gevonden, vastgebonden aan oude Russische afluisterapparatuur. Het lijk komt letterlijk boven water doordat het meer, waarin het jarenlang heeft gelegen, langzaam leegloopt.
Hoofdinspecteur Erlendur Sveinsson en zijn medewerkers Sigurdur Óli en Elínborg proberen te achterhalen wie deze man is geweest en waarom hij op deze wijze in het water is gegooid.
Standaard politiewerk, zou je zeggen, maar al gauw raakt Erlendur naar het lijkt geobsedeerd door de speurtocht naar een oude auto die werd gebruikt door een man die al tientallen jaren wordt vermist. Het enige dat van hem teruggevonden is, is deze auto. Is deze man, Leonard, de man uit het meer? Wie is Leonard trouwens? De politie kan helemaal niets over hem vinden, alsof hij nooit heeft bestaan. Langzamerhand ontrafelt Erlendur het mysterie van Leonard en komt daarbij in aanraking met spionage en de geschiedenis van de socialisten in IJsland tijdens het begin van de Koude Oorlog.
In flashbacks wordt in verschillende hoofdstukken door een oude IJslander teruggeblikt op zijn verleden als idealistische student in Leipzig die ijvert voor een socialistische heilsstaat en moet toezien hoe zijn wereld stukje bij beetje afbrokkelt, door verraad en door de verdwijning van zijn Hongaarse vriendin, kort voor de inval van Rusland in Hongarije. Langzaam maar zeker komen de draden van de speurtocht van Erlendur naar de vermiste Leonard en de identiteit van het lijk uit het meer samen met de flashbacks van de oude IJslander.
Koudegolf is weer een zeer goed boek in de serie rondom Erlendur, Sigurdur Óli en Elínborg. Ook in dit boek is vermissing een belangrijk thema voor Erlendur, zowel persoonlijk – vanwege de vermissing in zijn jeugd van zijn broertje – als in zijn werk. Verder worden de karakters van zijn medewerkers verder uitgediept, waardoor ze meer gaan leven voor de lezer. En de verhouding met zijn kinderen Eva Lind en Sindri Snaer – die we in dit boek leren kennen – wordt verder uitgewerkt. Dat geeft Erlendur een diepgang en een vertrouwdheid waardoor je hem als een goede bekende gaat beschouwen.
De schrijfstijl van Indridason vind ik erg boeiend: er gebeurt zo op het oog heel weinig en tergend langzaam komen Erlendur en zijn mensen dichter bij de oplossing. Je zou ze af en toe wel vooruit willen duwen: toe nou, ik wil weten hoe het afloopt! De manier waarop Indridason de spanning weet op te bouwen en vast te houden is van grote klasse en hij levert daarmee zeer meeslepende thrillers af. Hij wordt wel vergeleken met Henning Mankell, de Zweedse schrijver die bekend is van de thrillers met Wallander in de hoofdrol; een vergelijking die hij wat mij betreft glansrijk kan doorstaan, hoewel ik, als ik ze zou moeten vergelijken, Wallander toegankelijker vind dan Erlendur.
ISBN 9789056721831 Paperback 331 pagina's Signatuur | april 2006
Oorspronkelijke titel: Kleivarfatn, Vertaler: Willemien Werkman
© Joanazinha, december 2008
Moordkuil
Arnaldur Indridason
In Reijkjavik (IJsland) worden op een bouwterrein botten gevonden, die daar al jaren moeten liggen. Rechercheur Erlendur haalt er de archeoloog bij om de botten bloot te leggen. Dat gaat natuurlijk heel langzaam, en in de tussentijd kan Erlendur al proberen er achter te komen wie het zou kunnen zijn. Op de plek van de vondst blijkt een zomerhuis te hebben gestaan, waarvan de bewoners nogal eens wisselden. Een hele kluif om dat allemaal uit te zoeken.
De lezer krijgt intussen al het verhaal mee van Margret en haar gezin. Margret wordt mishandeld door haar man, lichamelijk en geestelijk kapot gemaakt, en de kinderen kunnen niets doen.
Als tijdens de Amerikaanse legering na WO II haar man Amerikaanse goederen steelt en opgepakt wordt, breekt een periode van zes maanden aan waarin moeder en kinderen rust hebben. En Margret ontmoet Dave, een nieuwe liefde. Maar haar man komt vrij en Dave wordt overgeplaatst. Erlendur ontrafelt langzaam het verhaal van de bewoners van het zomerhuis en heeft ook nog zijn eigen sores.
Een heleboel verhaal dus in deze thriller, die lekker weg leest. Jammer dat het soms zo voorspelbaar is, en dat er (bij het vertalen?) kromme zinnen en stijlfouten ingeslopen zijn.
De auteur:
Arnaldur Indriðason (1961) behoort sinds jaren tot de meest succesvolle thrillerauteurs van zijn land. Daarnaast werkt hij als journalist en filmcriticus voor het grootste dagblad van IJsland. Alleen J.K. Rowling en Indriðason is het tot nu toe gelukt om tegelijkertijd met drie boeken in de top 3 van de IJslandse bestsellerlijsten te staan.
ISBN 9789056720513 Paperback 251 blz.Bruna Uitgevers, A.W. april 2004
© Marjo, februari 2005
Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER!
Noorderveen
Arnaldur Indridason
Eerder dit jaar heb ik van Arnaldur Indridason al Moordkuil gelezen, in de achteraf foute veronderstelling dat dit zijn eerste literaire thriller was. Tijdens het lezen van Noorderveen kwam ik er namelijk al snel achter dat dit boek aan Moordkuil voorafging, hoewel dat voor het verhaal zelf verder geen gevolgen had. Mijn eerdere kennismaking met deze veelvoudig bekroonde auteur uit IJsland was mij goed bevallen, hoewel ik wel wat twijfels had over de vraag of hij in staat zou zijn om de lezers meerdere boeken lang te kunnen boeien met de hoofdpersonen die hij laat opdraven. Inspecteur Erlendur en zijn jongere collega’s Óli en Elínborg maakten in Moordkuil soms een wat onsamenhangende indruk en bleken maar ternauwernood in staat om met elkaar samen te werken. Met name Erlendur werd neergezet als een zonderlinge man die niet altijd serieus werd genomen door zijn omgeving en enigszins wereldvreemd door het leven ging. Maar hoewel in Noorderveen deze indrukken nog steeds licht aanwezig zijn, werden de professionele eigenschappen en bijzondere kwaliteiten van Erlendur als politieman veel duidelijker belicht. Iets wat het verhaal dan ook zeer ten goede kwam en van Noorderveen een beter boek maakte dan Moordkuil en tevens het talent van Indridason als auteur in één klap onomstreden naar het voetlicht schoof.
Net als in Moordkuil is in Noorderveen een misdaad de reden om in het verleden van een aantal mensen te gaan graven. In het huis van een met een asbak doodgeslagen man vinden de rechercheurs een eigenaardig briefje van de moordenaar en de goed verstopte foto van het graf van een jong meisje. Hoewel verdere aanwijzingen ontbreken, was met name Erlendur ervan overtuigd dat het briefje en de foto met elkaar te maken moesten hebben en dat er ergens in het leven van het slachtoffers raakvlakken te vinden moesten zijn. Maar het verleden laat zich niet altijd even makkelijk oprakelen en slechts door de vasthoudendheid van Erlendur lukte het om langzaam maar zeker een paar kleine aanknopingspunten te vinden.
Net als veel Scandinavische auteurs weet ook Indridason een aantal maatschappelijke en ethische vraagstukken op te werpen en komen moeilijke thema’s als erfelijkheid, orgaandonaties en ouderschap ruimschoots aan bod. Ook de rol van de wetenschap wordt aan de kaak gesteld en dan met name de manier waarop een deel van de kennis vergaard lijkt te worden. Het geeft een extra en zeer boeiende dimensie aan het boek en opvallend is dat de moeilijke onderwerpen nergens de vaart uit het verhaal weten te halen. Ook de extra verhaallijnen zijn uitstekend en vooral de problemen van Erlendur met zijn verslaafde dochter zijn zeer goed beschreven. Echt spannend is Noorderveen eigenlijk niet, maar het weet wel van begin tot eind te boeien en te intrigeren. Ook al weet je ruim voor de helft van het verhaal al wel ongeveer wat er nu precies aan de hand moet zijn. Maar omdat Indridason alles mooi en zorgvuldig weten te vertellen is dat helemaal niet vervelend en op sommige momenten weet hij de lezers toch nog te verrassen. Vooral op het eind komen er een paar ontroerende passages voorbij die je behoorlijk aan het denken zullen zetten.
Bij elkaar opgeteld is Noorderveen een meer dan uitstekend boek en is het duidelijk dat deze IJslandse auteur iemand is om goed in de gaten te houden. De eerste twee delen zijn wat mij betreft beter dan het begin van Henning Mankell in zijn inmiddels onvolprezen serie over Kurt Wallander. Maar die bleek wel in staat om de kwaliteit iedere keer weer verder op te schroeven en dat moet Indridason nog maar bewijzen. Maar dat hij over veel potentie beschikt mag inmiddels wel duidelijk zijn.
ISBN 9056720503 Vertaler: P. Vermeyden Ingenaaid, 223 pagina's Verschenen: april 2003 Gewicht: 398 gram Formaat: 235 x 155 x 21 mm A.W. Bruna Uitgevers (Uitgever: Signature)
Op mijn weblog http://eherni.blogspot.com/ kreeg dit boek van mij vier van de maximaal vijf sterren.
© Eric