Thrillers Leestafel.info

spannende boeken en een beetje fantasy

altTroostkind
Loes den Hollander


Het verlies van een haar jongste dochter hakt er natuurlijk stevig in bij Astrid, haar man Charles en de andere kinderen, de nu volwassen Jolien en Bjorn. Het is nu vijf jaar geleden, dat Meike omkwam bij een ongeluk – ze kwam bij het oversteken onder een te hard rijdende auto. Langzaam pakken ze hun leven weer op, maar makkelijk is het niet. Vooral omdat Bjorn zich erg schuldig lijkt te voelen. Hij was er bij toen het gebeurde.  Bjorn is toch altijd al een moeilijk kind geweest: een brokkenmaker, altijd er op uit om anderen te pesten, veeleisend naar zijn ouders toe. Op school werd gezegd dat hij intelligent genoeg was, maar dat hij geen moeite deed.


’Het lijkt of hij nooit tevreden is.’ Dat was de regelmatig terugkerende kritiek van Charles. Als hij erg boos op hem was noemde hij hun zoon een bodemloze put. Ze (=Astrid) wist dat het klopte, maar wilde het niet toegeven. Ze probeerde de hele wereld te bewijzen dat liefde en aandacht, warmte en veiligheid tot ieder kind zouden doordringen en zeker tot een kind van haar.'


Astrid heeft zelf een akelige jeugd gehad als dochter van een Jehova. Toen ze op zeventienjarige leeftijd weigerde gedoopt te worden werd ze het huis uit gezet. Ze kende Charles nog maar net, wat hem er niet van weerhield haar op te vangen. Ze trouwden snel, vooral omdat ze al in verwachting bleek te zijn. Dat kind werd Bjorn. Het kind bij wie ze het anders moest doen dan haar moeder bij haar. Die moeder heeft ze nooit meer gezien.
Als nu, vijf jaar na het overlijden van Meike, iemand een roze jurkje op Joliens kamer legt, en naar Astrid een wit sokje en een slipje stuurt, komen de gebeurtenissen snel tot een akelige climax.
Mensen in hun omgeving worden het slachtoffer van wat lijkt op een roofoverval, en er waren al akelige voorvallen geweest in een park nabij.
Astrid kan niet anders dan een en een bij elkaar optellen: wat heeft Bjorn daar mee te maken?
Ze confronteert hem met haar vermoedens, en natuurlijk ontkent hij. Ze wil hem graag geloven, accepteert veel, maar de voorvallen houden maar niet op. Astrid moet iets doen. Maar kan ze haar zoon aangeven?  Wat moet er gebeuren voor ze iets doet?


In dit verhaal windt Loes den Hollander er geen doekjes om: het is niet altijd de opvoeding en/of de omgeving die een kind maakt tot wie hij is. Een kind is niet ‘maakbaar.’
Maar ze heeft het zelf ook niet goed voor met haar personages: Bjorn is degene die alles bederft, wat goed is wordt slecht als Bjorn er maar naar kijkt. Tussen Charles en Astrid zit het eigenlijk prima, maar helaas staat Bjorn ook tussen hen in. Jolien lijkt een beetje te ontsnappen aan alle ellende, ze is de enige die het leven een positieve draai weet te geven.
Dit houdt in dat er veel ellende in het verhaal zit. Vrolijk word je er niet van. Maar ja, andermans ellende, zeker als die fictief is, blijkt lekker te lezen... Tijdens dat lezen vraag je je steeds af waar die titel op slaat. Een troostkind, daar komen Astrids kinderen toch niet voor in aanmerking? Het antwoord komt pas op pagina 300, dus dat verklap ik ook niet. Hoe het afloopt trouwens ook niet. Dat wordt een verbijsterende ontknoping, dat kan ik wel zeggen.


ISBN  9789045201061 | paperback |352 pagina's| Uitgeverij Karakter| april 2012

© Marjo, 31 december 2013

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER

Recensies

Boven